Kun je een tweede thuis hebben?

Kun je een tweede thuis hebben?

Over een bleekneusje na de Tweede Wereldoorlog. Geschreven door Louis Biesbrouck.

Samenvatting

Een verhaal over een bijzondere vriendschap van een bleekneusje die ontstaan is in 1946 na Louis’ verblijf van zes maanden bij gastouders in Zweden om aan te sterken. Hij was bij aankomst acht jaar.

De vader van Louis Biesbrouck jr. had zich in 1944 aangesloten bij een verzetsgroep, tot hij verraden werd en door de nazi’s naar Oostenrijk is gebracht om dwangarbeid te verrichten. Hij is uit dat kamp gevlucht door achter op een rijdende trein te springen en hij is in 1945 weer thuisgekomen.
Een uitkering door de gemeente Amsterdam werd hem geweigerd. Hij kon zijn gezin niet onderhouden. Junior werd voor ‘doktersuitzending’ aangemeld.
Dit verhaal gaat over een bijzondere vriendschap. Louis jr. was een van de dertigduizend ‘bleekneusjes’, wat hem in Zweden een levenslange vriendschap opleverde.
Zo leerde hij ook de Zweedse taal spreken, maar hij had geen notie van hoe het geschreven werd.
De vraag: ‘kun je een tweede thuis hebben?’ kon hij met een hartgrondig ‘ja’ beantwoorden.

Over de auteur

Louis Biesbrouck, geboren op 18 mei 1937, is opgegroeid in Amsterdam-Oost. Als zoon van een eenvoudige glazenwasser heeft hij zich opgewerkt tot fiscaal jurist. Hij heeft verschillende bedrijven gehad. In 1965 nam hij het schoonmaakbedrijf van zijn vader over. Later kwam daar een isolatiebedrijf bij. In 1984 werd hij makelaar in buitenlands onroerend goed. Als hobby had hij een judoschool. Hij heeft zelf de vijfde dan judo en de vierde dan jiujitsu. Uit zijn eerste huwelijk heeft hij drie dochters gekregen en uit een tweede relatie kreeg hij een zoon. Hij heeft zeven kleinkinderen. In 1994 is hij getrouwd met zijn huidige vrouw en zij wonen al 40 jaar in Diemen.

Voorbeeldfragment

Klik hier om een fragment van “Kun je een tweede thuis hebben?” te lezen als PDF.